Zondagochtend trokken we richting Aalter voor alweer de 9e editie van de Bostrail. Organisator Marathon and More is één van de pioniers van de ultratrail in Vlaanderen. Voor mij is deze trail ook een vaste waarde op de kalender want ik denk dat ik hooguit één of twee edities heb gemist. Meestal koos ik voor de langste afstand, maar omdat het lichaam nog niet helemaal gerecupereerd was van One More Climb koos ik wijselijk voor de 23 kilometer.
Schoenendilemma
Enkele moedige zwemmers zijn al baantjes aan het trekken wanneer ik de Aalterse sporthal binnenkom. Het is een fijn weerzien met tal van bekenden. Ook leuk: maar liefst 9 deelnemers van ons trailrunweekend tekenen vandaag present.
Na een korte winterprik zijn de temperaturen weer in stijgende lijn wat de schoenenkeuze extra moeilijk maakt. De thermometer in de auto wees daarnet al 3 C° aan en dat overtuigt me om te kiezen voor de schoenen met het grofste profiel, de Scott Supertrac. Al na 200 meter heb ik daar echter spijt van. De Finse piste ligt er oneffen, maar vooral keihard bij. Ideaal om je enkels om te slaan. Had ik toch maar voor de veel stabiele On Cloudflyer gekozen, die liggen nu werkloos in mijn autokoffer.
Ik laat het echter niet aan mijn hart komen want ik koester vandaag toch geen sportieve verwachtingen. Ik ben dan ook helemaal achterin het pak van start gegaan en geniet van alles wat rondom mij gebeurt. Op een hobbelig veld langs de E40 begin ik al de eerste deelnemers in te halen. Die inhaalbeweging valt wat later stil omdat het aanschuiven is aan het talud om de snelwegbrug op te geraken. Dit is meteen de zwaarste hindernis van de dag.
Het buikje van Mout
Na zowat een uur loop ik in het spoor van een koppeltje. Ongewild luister ik hun gesprek af dat blijkbaar over microman Mout gaat. “Heb je bij de start die man met de bontjas gezien? Dat is een sterke loper, hoor. Die heeft gisteren een trail in de Ardennen gelopen van meer dan 60 kilometer. Je zou het niet meteen vermoeden want hij heeft toch een buikje”, vertelt de vrouwelijke helft. Ik proest het uit.
Bij de bevoorrading beperk ik me tot wat sportdrank, een stukje banaan en Colasnoepjes. Een culinaire match is het niet echt, maar het geeft me wel de energie om een tandje bij te steken. Ik flirt nu continu met de 12 km/u en haal regelmatig andere lopers in. Wat verder gebeurt het omgekeerde, maar dat komt omdat een groot aantal lopers ongewild een shortcut neemt door de lusjes van het mountainbikeparcours over te slaan.
Intussen neemt het aantal modderige passages toe en begin ik me weer wat te verzoenen met mijn trailschoenen. In de voorlaatste kilometer zit er nog een nijdig knikje en daar draai ik het gashendeltje nog wat verder open. Na iets meer dan 2 uur kom ik over de streep. Ik knipoog naar Mout en kijk met een glimlach naar het buikje onder de bontjas. Hahaha.